De geschiedenis van de WRA

De Windhonden Renvereniging Amsterdam (kortweg WRA) werd op 1 januari 1946, door de heren H. Zwaan, H. Stijl, P. Ooms en C. Eijsden opgericht. Deze mensen bezaten alleen greyhounds. Ze kregen een terrein van de gemeente toegewezen en dat was de Amsterdamse IJsclub, gelegen achter het oude Ajax stadion “De Meer”. Dit was in de jaren 1946 t/m 1948.
Omdat het terrein  te lang onder water bleef staan kregen ze een ander terrein toegewezen, sportterrein Velzerweg in Sloterdijk. Dat waren 2 vlakke voetbalvelden met daarop een houten kist en daar zaten alle materialen in. De baan werd iedere training opnieuw opgebouwd en op een training kwamen gemiddeld 6 tot 7 greyhounds.
Hier moesten ze echter ook weg. Het sportterrein zou een industrieterrein  worden. Ook het NS station Sloterdijk zou daar komen. De WRA kwam toen 2 tot 3 jaar zonder baan te zitten. Op zondagmiddag werd er getraind op het Jan van Galenterrein, in het open veld. Mensen kwamen op de fiets en namen niet alleen de greyhounds, maar ook het “fietswiel” mee. Een leuke anekdote is dat tijdens zo’n training een haas het veld overschoot en dat er 8 greyhounds de dijk afgingen de polder in.
Daarna is de WRA naar de Amstelveenseweg verhuisd. Daar hebben we met ongeveer 10 personen de bochten opgehoogd en zijn daar uiteindelijk gaan trainen. In de periode (1956) kwamen er ook wat mensen met whippets en afghanen trainen.

Er kwam dat jaar ook een nieuw lid en hij bleek héél belangrijk te zijn voor de vereniging: Gerrit Schouten, de man die de windhondenrensport in Nederland van de grond getild heeft.
In 1957 werd de eerste wedstrijd gehouden, georganiseerd door Gerrit Schouten. De WRA had toen wel 25 leden. Dagenlang werd er aan de baan gewerkt, maar op de ochtend van de wedstrijd trof men op het terrein 10 koeien aan, die van het terrein een grote gatenkaas hadden gemaakt. Maar Gerrit Schouten wist iedereen te motiveren en te mobiliseren om het terrein toch weer in orde te maken. De wedstrijd werd alsnog gelopen. Hierbij moeten we denken aan ongeveer 10 greyhounds, 5 whippets en zo’n 10 afghanen. Alle honden liepen zonder korf en dek. Soms wist je niet of de honden liepen voor het vel of voor het vechten tijdens de ren of bij de opvang. We stonden altijd met lange leren motorhandschoenen klaar om de honden op te vangen.
In 1957/1958 stelde Gerrit Schouten een commissie samen en hij stelde een renreglement op. Hij bracht organisatie en structuur aan binnen de WRA en er kwamen steeds meer leden bij.
Op 26 april 1959 opende Amsterdam een nieuwe baan: Buitenveldert. De WRA kreeg toen veel publiek. We hadden een goede sponsor, mevrouw Cohen en zij liet een nieuwe kantine en tribune bouwen. Deze tribune bleef tot het eind toe op de Gerrit Schoutenbaan staan, zei het in verkorte versie.We hadden wel 10 wedstrijden per jaar en er stonden gemiddeld 100 honden aan de start en zeker 2000 man publiek, die entree en parkeergeld betaalden. De WRA werd groter en groter, maar we moesten weer verhuizen. Dit keer om plaats te maken voor een doorgaande weg.
Op 25 oktober 1965 opende Amsterdam de nieuwe renbaan “Ookmeer”. Hier kwam de vereniging tot een nog grotere bloei. Internationaal gezien werd Amsterdam de baan van Nederland. Er startten op een zondag gemiddeld 250 honden op bijvoorbeeld de “Grand Prix”. In 1969 hadden we op het Europees Kampioenschap 600 honden aan de start, zowel op zaterdag als op zondag. Gerrit Schouten overleed in 1971.

UICL-Europaren 1987 (za. 12 en zo.13 september) te Amsterdam gedaan.
Wat een publiek was daarbij aanwezig.

Bij deze evenementen waren dit de chef de quips van alle landen:

Mede door de opkomst van steeds meer renbanen in Nederland kreeg Amsterdam minder wedstrijden. Financieel ging het daardoor ook minder. Het gevolg was dat er steeds meer haat en nijd ontstond tussen bestuur en leden.
Onder leiding van voorzitter Piet van Stippen koos de WRA in 1991,  voor samenwerking met de Federatie Greyhounds Nederland (F.G.N.), om meer wedstrijden te krijgen. Deze samenwerking liep een aantal jaren goed, maar na verloop van tijd bleef het publiek weg en trokken ook de sponsors zich terug. Hierdoor zakte de WRA weer in.
In 2000 kwamen W. van den Broek, J. Verhamme, T. Koene, H. van Dommelen, H. Veenstra en D. Lebelle bijeen om te proberen de WRA weer onder te brengen bij de Commissie. Op een vergadering met oud-leden in april 2001 werd gekozen weer onder de regels van de Commissie en de Raad van Beheer te rennen.
In 2001 werd er veel achterstallig onderhoud uitgevoerd en werden er weer trainingen georganiseerd. In 2002 werd er weer volop getraind en konden een aantal wedstrijden gehouden worden.
Begin 2003 viel het doek voor de Gerrit Schoutenbaan. De deelraad had het oog laten vallen op de grond, waarop de renbaan gevestigd was. Met het geld, dat verkregen werd in ruil voor de opstallen en dergelijke, is de vereniging in de omgeving van Amsterdam gaan zoeken naar een nieuwe locatie. In Amsterdam zelf was geen plaats meer voor een renbaan. Veel leden gingen naar andere verenigingen.Vanaf 2003 trainden we op terreinen in recreatieschap Spaarnwoude, gelegen in een aantal gemeenten tussen Amsterdam en Velsen. Zoals in vervlogen tijden het geval was werd er voor elke training een baan uitgezet. Nieuw was dat dit niet alleen baanrennen betrof, maar ook coursing. Ook gingen we vanaf toen coursingwedstrijden organiseren. Het ledental nam weer toe. Bestuursleden uit die periode waren: Wim van den Broek, Jan-Bart Hertroys, Jolanda Blom-Winkelaar, Ada Pekel, Johan Verhamme, Henk van Dommelen en Bert Waijers.Na een moeizaam traject, dat een aantal jaren duurde lukte het uiteindelijk om van Staatsbosbeheer een terrein te pachten aan de Noorderweg te Spaarndam. Dit was in augustus 2009. Maar met alleen een terrein ben je er niet. Er moest vrijstelling worden verkregen van het bestemmingsplan. Met medewerking van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude werd deze hobbel genomen en ook met de uiteindelijke bouwvergunning was men coulant. Niets staat ons meer in de weg om weer (en voor de zoveelste maal) een nieuwe renbaan aan te leggen.In 2011 is dan daadwerkelijk de aanleg van de nieuwe renbaan begonnen.

De windhondenrensport anno 2011 is niet meer de sport zoals deze ruim 65 jaar terug ontstond. Een neerwaartse tendens, een afname van het aantal banen en liefhebbers, is zichtbaar en merkbaar. Zo verdwenen de renbanen in Breda, Oss en Den Haag. De WRA heeft  altijd haar steentje bijgedragen aan de windhondenrensport in Nederland en is gewend aan ups en downs en zal haar best doen om de windhondenrennen uit het slop te krijgen. De WRA is immers een vereniging die zich niet uit het veld laat slaan en haar Amsterdamse karakter niet verloochend.